Pensioen in eigen beheer (PEB) afgeschaft, wat zijn uw opties?

Heeft u als directeur-grootaandeelhouder (DGA) pensioen opgebouwd in eigen beheer? Nu deze fiscale regeling is afgeschaft, zult u moeten beslissen wat u met deze voorziening wilt gaan doen. Waarom is het niet meer mogelijk om pensioen in eigen beheer op te bouwen? Wat waren de knelpunten? En wat kunt u doen met uw huidige pensioenvoorziening in eigen beheer?

Pensioen in eigen beheer afgeschaft

Tot 1 juli 2017 kon een DGA fiscaal gefaciliteerd pensioen opbouwen in zijn bedrijf, het pensioen in eigen beheer (PEB). Op de balans van de besloten vennootschap (bv) werd een pensioenvoorziening opgenomen. Maar in de praktijk bleek een bv vaak over onvoldoende liquide middelen te beschikken om de pensioenvoorziening daadwerkelijk uit te kunnen keren en af te kunnen rekenen met de Belastingdienst.

Het geld bleek bijvoorbeeld te zijn gebruikt voor privé-uitgaven of investeringen in het bedrijf en zat muurvast. Bovendien was het onzeker of de pensioenvoorziening ook daadwerkelijk een afdoende pensioen op zou leveren, gelet op de grote verschillen tussen de fiscale waarde en de commerciële waarde van de pensioenvoorziening.

Op grond van de wettelijke regels voor de waardering van de pensioenverplichting werd in de jaarrekening rekening gehouden met de fiscale waarde (met een rente van minimaal 4 procent), terwijl de ‘echte’ waarde (de commerciële waarde) als gevolg van de lage rente aanzienlijk hoger was.

Vanwege de vele knelpunten is besloten het PEB uit te faseren. Op 1 april 2017 trad de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in werking. DGA’s met een pensioenvoorziening in eigen beheer hebben tot en met 31 december 2019 de tijd om een beslissing te nemen over de afwikkeling van het opgebouwde pensioen.

Opties voor uw pensioenvoorziening

Heeft u als DGA nog een pensioenvoorziening in eigen beheer? Dan heeft u drie opties. U kunt de pensioenvoorziening in de bv laten staan. De voorziening wordt dan bevroren en u kunt deze niet verder opbouwen. Zijn er voldoende liquide middelen? Dan kunt u er ook voor kiezen om de voorziening af te kopen met belastingkorting of om te zetten in een oudedagsverplichting (ODV). Afkopen was vanwege de hogere belastingkorting het meest gunstig in 2017. Sinds 2019 is afkopen niet meer toegestaan.

Met voldoende liquide middelen kunt u er ook voor kiezen om de fiscale balanswaarde van de pensioenvoorziening om te zetten in een ODV. Deze ODV kunt u (deels) onderbrengen als lijfrente bij een bank, verzekeraar of andere financiële instelling. Wist u dat u met lijfrentevermogen ook kunt beleggen?

Met beleggen heeft u uitzicht op een hoger rendement op uw geld dan met sparen of verzekeren mogelijk is. Uiteraard loopt u altijd het risico dat beleggingen in waarde verminderen, maar u bent flexibeler dan bij een garantie- of spaarproduct van een bank of verzekeraar. En komt u vroegtijdig te overlijden tijdens de uitkeringsfase van uw bancaire lijfrente? Dan valt het resterende kapitaal in de nalatenschap en hebben uw erfgenamen recht op uw lijfrente-uitkeringen.

Twijfelt u over de juiste beslissing in uw situatie? Maak een afspraak met een van onze consultants.

 

Heeft u als directeur-grootaandeelhouder (DGA) pensioen opgebouwd in eigen beheer? Nu deze fiscale regeling is afgeschaft, zult u moeten beslissen wat u met deze voorziening wilt gaan doen. Waarom is het niet meer mogelijk om pensioen in eigen beheer op te bouwen? Wat waren de knelpunten? En wat kunt u doen met uw huidige pensioenvoorziening in eigen beheer?

Pensioen in eigen beheer afgeschaft

Tot 1 juli 2017 kon een DGA fiscaal gefaciliteerd pensioen opbouwen in zijn bedrijf, het pensioen in eigen beheer (PEB). Op de balans van de besloten vennootschap (bv) werd een pensioenvoorziening opgenomen. Maar in de praktijk bleek een bv vaak over onvoldoende liquide middelen te beschikken om de pensioenvoorziening daadwerkelijk uit te kunnen keren en af te kunnen rekenen met de Belastingdienst.

Het geld bleek bijvoorbeeld te zijn gebruikt voor privé-uitgaven of investeringen in het bedrijf en zat muurvast. Bovendien was het onzeker of de pensioenvoorziening ook daadwerkelijk een afdoende pensioen op zou leveren, gelet op de grote verschillen tussen de fiscale waarde en de commerciële waarde van de pensioenvoorziening.

Op grond van de wettelijke regels voor de waardering van de pensioenverplichting werd in de jaarrekening rekening gehouden met de fiscale waarde (met een rente van minimaal 4 procent), terwijl de ‘echte’ waarde (de commerciële waarde) als gevolg van de lage rente aanzienlijk hoger was.

Vanwege de vele knelpunten is besloten het PEB uit te faseren. Op 1 april 2017 trad de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in werking. DGA’s met een pensioenvoorziening in eigen beheer hebben tot en met 31 december 2019 de tijd om een beslissing te nemen over de afwikkeling van het opgebouwde pensioen.

Opties voor uw pensioenvoorziening

Heeft u als DGA nog een pensioenvoorziening in eigen beheer? Dan heeft u drie opties. U kunt de pensioenvoorziening in de bv laten staan. De voorziening wordt dan bevroren en u kunt deze niet verder opbouwen. Zijn er voldoende liquide middelen? Dan kunt u er ook voor kiezen om de voorziening af te kopen met belastingkorting of om te zetten in een oudedagsverplichting (ODV). Afkopen was vanwege de hogere belastingkorting het meest gunstig in 2017. Sinds 2019 is afkopen niet meer toegestaan.

Met voldoende liquide middelen kunt u er ook voor kiezen om de fiscale balanswaarde van de pensioenvoorziening om te zetten in een ODV. Deze ODV kunt u (deels) onderbrengen als lijfrente bij een bank, verzekeraar of andere financiële instelling. Wist u dat u met lijfrentevermogen ook kunt beleggen?

Met beleggen heeft u uitzicht op een hoger rendement op uw geld dan met sparen of verzekeren mogelijk is. Uiteraard loopt u altijd het risico dat beleggingen in waarde verminderen, maar u bent flexibeler dan bij een garantie- of spaarproduct van een bank of verzekeraar. En komt u vroegtijdig te overlijden tijdens de uitkeringsfase van uw bancaire lijfrente? Dan valt het resterende kapitaal in de nalatenschap en hebben uw erfgenamen recht op uw lijfrente-uitkeringen.

Twijfelt u over de juiste beslissing in uw situatie? Maak een afspraak met een van onze consultants.